Passantenpension De Buitenhof
“Als ik hier permanent had kunnen wonen”, zegt Gerard (73), “dan had ik dat gedaan, maar ja, het is tijdelijk natuurlijk, verblijven in dit passantenpension. Gelukkig heb ik straks mijn eigen woning.”
Gerard is een van de zevenentachtig bewoners van De Buitenhof, een nieuwe locatie van De Regenboog Groep waar economisch daklozen tijdelijk hun intrek kunnen nemen. Letterlijk en figuurlijk een toplocatie. De flat in Buitenveldert telt twaalf verdiepingen. Gerard woont op de twaalfde. Straks gaat hij naar een seniorenwoning aan de Jan Evertsenstraat. “Ja, ik heb mijn leeftijd mee. Dan krijg je voorrang.” Gerard wijst naar de Schipholtoren in de verte: “’s Avonds zie ik de lichtjes van de vliegtuigen.” Hij draait zich om: “En daar heb je de Zuidas.” Aan de muur hangt een foto van Gerard in voetbaltenue. “Toen ik jong was heb ik gevoetbald, ik was een ouderwetse uitpoetser (verdediger, red.).”
Zijn leven lang is Gerard vrachtwagenchauffeur geweest, een korte tijd beroepsmilitair. Hij leeft van zijn pensioen en AOW. Alles dik voor mekaar, zou je zeggen. Toch belandde Gerard een jaar geleden op straat. In korte zinnen komt het hoge woord eruit: “Huur niet betaald. Relatie voorbij. Kroeg ingedoken. Pas toen ging ik nadenken, te laat natuurlijk. Ik stond op straat. De eerste vier dagen kon ik bij Oud-West terecht, een inloophuis van de Regenboog, en sinds 6 mei zit ik hier.”
Korte lijnen
De Buitenhof is een passantenpension, bedoeld voor dakloze mensen die redelijk zelfredzaam zijn en een bestendige band hebben met Amsterdam. Gasten moeten over voldoende geld beschikken om de overnachting vooruit te kunnen betalen. Een verblijf is tijdelijk. “We komen van alles tegen”, zegt Madelon, maatschappelijk werker bij de Regenboog, “van mensen die fulltime werken en geen schulden hebben tot mensen met multiproblematiek.” Lidewij, locatiehoofd van De Buitenhof: “Bij de start van het verblijf zetten we samen met de bewoner zijn of haar doelen op een rij. Tussentijds zijn wij er om te kijken hoe het gaat. Óf, de bewoners kloppen bij ons aan met een vraag. Het idee is dat mensen hier de rust vinden om aan hun toekomst te werken. Wat deze locatie bijzonder maakt, zijn de korte lijnen. Op de achtste verdieping zit maatschappelijk werk, op de zesde zitten de dagcoördinatoren en op de twaalfde zit Werk, Participatie en Inkomen van de gemeente.” Alles onder één dak. Ideaal, vindt Omar (37), die net als Gerard op de twaalfde verdieping woont: “Dan kom ik Madelon tegen in de lift en zegt ze: ‘hé Omar, heb je al gereageerd op die woning?’ Of: ‘ben je nog aan het werk?’”

Lekker bezig!
Het ging financieel even niet zo goed met Omar, waardoor hij op straat belandde. “Ik huurde her en der kamers, maar zat zonder werk en had geen inkomsten, de rekeningen stapelden zich op. Ik ben niet zo iemand die gelijk bij de gemeente aanklopt voor een uitkering. Eigenlijk dacht ik dat alles altijd wel goedkwam. Ik stond dus ook niet ingeschreven bij WoningNet. Wat er is gebeurd, voelt als een soort wake-up call. Nu weet ik dat ik een buffer moet hebben, zodat ik nooit meer op straat kom te staan. Ik mag hier geloof ik zes maanden blijven. Ja toch meiden?” Lidewij: “Officieel wel, je tekent voor zes maanden. Doe je goed je best, dan kan het worden verlengd tot maximaal een jaar.” Omar: “Nou, ik pak alles met beide handen aan, ben aan het sparen, heb weer werk en sta bij zeven WoningNetten ingeschreven.” Madelon steekt haar duim op: “Lekker bezig!” Omar is makkelijk: “Het maakt me niet uit waar ik kom te wonen, Texel, Drenthe, als ik maar een woning kan krijgen. Van daaruit wil ik een stabiel leven opbouwen. Natuurlijk ga ik Amsterdam missen, maar ik moet realistisch zijn: in Amsterdam maak ik helemaal geen kans.”
